De eerste honderd dagen

24 augustus 2016

Op 22 augustus 2016, precies 100 dagen na zijn installatie als nieuwe bisschop van ’s-Hertogenbosch, verscheen onderstaande column van monseigneur bisschop Gerard De Korte in het Nederlands Dagblad en op de website van het bisdom van ‘s-Hertogenbosch.

Reisverslag

Vandaag is het precies honderd dagen na mijn installatie als bisschop van ’s-Hertogenbosch. In de afgelopen maanden heb ik het bisdom nader leren kennen. Direct na de installatie bezocht ik de twaalf dekenaten en sprak ik met pastorale teams, kerkbesturen en religieuzen. Natuurlijk waren er ook Eucharistievieringen in een aantal parochies en sprak ik in het bisschopshuis vele gasten. Al mijn indrukken heb ik vastgelegd in een memorandum. Zelf gebruik ik de metafoor van een reisverslag. Ik heb immers de afgelopen tijd kris kras door het bisdom vele reizen gemaakt. Op basis van mijn waarnemingen verbind ik aan het memo ook een aantal beleidsvoornemens. De komende maand wil ik mijn tekst bespreken met de staf, het kapittel, de dekenvergadering, de Raad voor Economische Aangelegenheden; de priesterraad en de lekenraad. Zo hoop ik een breed draagvlak te scheppen voor nieuw beleid. Naar verwachting kan de definitieve tekst in oktober aan de gelovigen van het bisdom worden gepresenteerd.

Pastoraat van vertrouwen

Bij mijn dekenale bezoeken en ook op andere momenten heb ik een groot verlangen gehoord naar verbetering van verhoudingen. Er leeft een hoop op meer bevestiging en waardering; een bisdom dat minder controleert en meer stimuleert. De bestaande verdeeldheid binnen het bisdom doet het geloofsleven geen goed. Een cultuur van vertrouwen moet worden opgebouwd. Natuurlijk heb ik geen toverstok waardoor er plotseling meer gelovigen actief worden en meer middelen beschikbaar zijn. Maar ik kan wel proberen meer eenheid binnen het bisdom tot stand te brengen. Uiteindelijk staat mij een hartelijke, gastvrije Kerk voor ogen met meer ontspannen verhoudingen. Gelukkig, zo heb ik bemerkt, leeft er breed een gelovige afkeer van cynisme en apathie. Volgelingen van Christus leven vanuit de goddelijke deugd van de hoop. Uiteindelijk is de Heer bij zijn Kerk en draagt en koestert Hij haar.

Het katholieke huis is groot

Nog steeds mogen wij leven van de aloude waarheid: in het noodzakelijke eenheid; vrijheid in het niet-noodzakelijke en in alles de liefde. Het katholieke huis is altijd groot geweest met ruimte voor verschillende accenten en vormen van spiritualiteit. Het vormt de dood in de kerkelijke pot als wij elkaar de maat gaan nemen. In het evangelie vraagt Jezus ons om niet te oordelen en te veroordelen. Wie denkt een splinter in het oog van een ander te zien, zou zelf wel eens een balk in eigen oog kunnen hebben (vgl. Matheus 7, 1-5).

Missionair pastoraat

Voor de toekomst van de Bossche Kerk vormt missionair pastoraat de eerste prioriteit. Naast het koesteren van (restanten van) het volksgeloof is het uitermate belangrijk om nieuwe mensen voor Christus te winnen. Immers alleen zo kan een verdere marginalisering van onze Kerk worden omgebogen. Gezinspastoraat kan een belangrijke speerpunt van het missionaire pastoraat vormen. Jonge echtparen die een kind hebben ontvangen, voelen zich vaak onmachtig omdat zij zelf maar beperkt gevormd zijn. Juist een goed opgezet gezinspastoraat kan zo heilzaam zijn voor de toekomst van de geloofsgemeenschap. Zorgen mogen christenen nooit verlammen. Met een pastoraat van vertrouwen kunnen wij in het Bossche bisdom de toekomst met een gerust hart tegemoet leven.